Een gitaar is net als ieder snaarinstrument erg gevoelig aan temperatuur. Koude of warmte zorgen er immers voor dat de snaren zullen krimpen of uitzetten en op die manier dus ontstemmen. Je gitaar stemmen zal je dus zeer regelmatig moeten doen. Hieronder beschrijven we een aantal manieren waarop dat kan.
Op gehoor
Een gitaar stemmen kan puur op het gehoor. Niet veel mensen hebben een ‘absoluut gehoor’, waarmee je uit je hoofd onmiddellijk alle noten kan herkennen. Stemmen op het gehoor kan bovendien erg leerrijk en nuttig zijn. Er bestaan hiervoor verschillende methodes.
De positiemethode
Deze methode is relatief: de snaren worden onderling op mekaar afgestemd, maar je hebt geen garantie dat bijvoorbeeld jouw E-snaar wel degelijk een E weergeeft. Hoe werkt deze methode? Je zet je vinger op de 5de fret (positie) van de dikke E-snaar en slaat aan. Snel daarna sla je de losse A-snaar aan. Deze twee zouden hetzelfde moeten klinken. Als deze twee niet hetzelfde klinken zal je merken dat er een soort zweving ontstaat. Je kan alle snaren op dezelfde manier als hierboven stemmen , behalve de B-snaar. Daarvoor zal je op de G-snaar de 4de in plaats van de 5de fret moeten induwen.
Flageoletten
Deze techniek vereist al wat vaardigheid en wordt dan ook meer door gevorderden toegepast. Een ‘flageolet’ verkrijg je door je vinger op een snaar te laten rusten zonder deze in te duwen, de snaar aan te slaan en onmiddellijk je vinger weg te halen. Dit werkt het makkelijkst op de 5de, 7de, 9de en 12de fret.
Om te stemmen met deze methode maak je een ‘flageolet’ op de dikke E-snaar op de 5de fret, en vergelijk je deze met de ‘flageolet’ die je maakt op de 7de fret van de A-snaar. Dezelfde methode kan je toepassen op de rest van de snaren, behalve alweer de B-snaar. De meesten kiezen hiervoor dan de ‘positiemethode’, al kan het ook met flageoletten. Dan vergelijk je de flageolet op de 9de fret van de G-snaar met deze op de 5de fret van de B-snaar.
Gebruik een stemapparaat
Een gitaar stemmen begint bij het kennen van de noten van de basisstemming van een gitaar. Van laag naar hoog is dat E A D G B E. Dit kan je makkelijk onthouden met het ezelsbruggetje ‘Een Aap Die Geen Bananen Eet’. Van laag naar hoog wil zeggen dat je begint bij de dikste snaar (dikke ‘E’, zesde snaar) en eindigt bij de dunste snaar (dunne ‘E’, eerste snaar). Tegenwoordig kan je je gitaar betrekkelijk eenvoudig stemmen met een stemapparaat. Tegenwoordig bestaan er ook verschillende apps voor smartphone, maar deze werken een pak minder accuraat. Een stemapparaat zal je simpelweg vertellen of je snaar te hoog of te laag gestemd staat door middel van een wijzertje.
Er bestaan stemapparaten in allerlei soorten of maten. Het meest eenvoudig te gebruiken model is de clip-on tuner. Toch kan het ook met een stemapparaat mislopen. Een vaak gehoorde opmerking is: “Mijn tuner zegt dat het gestemd is, maar toch klinkt alles vals.” In dat geval kan het zijn dat je naar de verkeerde noot hebt gestemd, bijvoorbeeld een noot hoger of lager. Ook vaak voorkomend is het stemmen naar een halve noot hoger of lager. Deze halve noten worden op de tuner vaak aangegeven met een ‘b’ (halve lager) of een ‘#’ (halve hoger). Deze fouten zijn allemaal te vermijden als je de namen van alle noten kent.
Een gitaar stemmen op het gehoor kan je natuurlijk ook door af te stemmen op een ander instrument zoals een piano of keyboard. Ook gekend zijn het stemfluitje of de stemvork: deze geven je één bepaalde noot waarop je je kan baseren om de rest van je gitaar te stemmen.
Geen Reacties